Skip to main content

Bouwen aan techniekonderwijs op het Coornhert Lyceum

Drie jaar geleden begon het techniekavontuur voor Henk Jan en zijn school, het Coornhert Lyceum in Haarlem. De directrice, bekend met Henk Jan’s ervaring in het technisch onderwijs, vroeg hem een programma op te zetten dat techniek en onderwijs dichter bij elkaar zou brengen. Er was inmiddels subsidie voorhanden vanuit Sterk Techniekonderwijs (STO). Zo begon Henk Jan te bouwen aan een stevige techniekpoot waar Vakkanjers sinds een jaar ook onderdeel van uitmaakt.

Pionieren

Na een voorzichtige start met robotica, geïntegreerd in het natuurkundeonderwijs onder de noemer Wetenschap en Technologie, bleek al snel dat het hele team en de leerlingen  enthousiast waren. De techniekleraar ontwikkelde daarop samen met een Technisch Onderwijs Assistent (TOA) verschillende keuzepractica en projecten. ‘Daarna kwam bij mij de vraag om Technologie & Toepassing (T&T) op te zetten voor klas 4, omdat het verplicht werd om als school die Mavo aanbiedt ook een praktijkgericht programma aan te bieden. Dat was wel even pionieren, ook omdat je daarvoor buiten de school opdrachten moet binnenhalen. Ik had geen flauw idee hoe ik dat moest aanvliegen.’

Gelukkig vond Henk Jan steun bij een pensionado die de informatica-docent al hielp met projecten voor eindexamenleerlingen. Samen zetten ze een programma op voor klas 3 en 4, dat vorig jaar zijn eerste succesvolle lichting examenleerlingen zag. Dit groeide uit tot een vaste waarde binnen de school, die nu ook O&O (Onderzoek en Ontwerpen) aanbiedt in de eerste klas, met de ambitie om een Technasium te worden, een programma dat doorloopt tot 6 VWO en 5 Havo.

De Keuze voor Vakkanjers

Waarom koos het Coornhert er vorig jaar voor om mee te doen aan Vakkanjers? Voor Henk Jan was het een kans om het vak direct te starten met een goed ontwikkeld programma. ‘De leerlingen waren meteen enthousiast,’ herinnert hij zich. Ondanks de uitdagingen van de coronapandemie, waar de eerste activatieles op afstand moest plaatsvinden, zijn de fysieke kick-offs inmiddels een vast onderdeel geworden. Door leerlingen in groepjes te laten werken aan opdrachten, leren ze niet alleen de technische vaardigheden, maar ook het belang van samenwerken en creatief denken. ‘Het is belangrijk dat ze zich gezien voelen en dat ze leren hoe ze een probleem moeten aanpakken.’

Competitie

Het Coornhert Lyceum werd dit jaar derde in de categorie Scout van Vakkanjers. Competitie blijkt een belangrijke motivator voor de leerlingen. ‘Hoewel sommige leerlingen alleen meedoen omdat het moet, zien de meeste op een gegeven moment wel in dat er iets te halen valt’, vertelt Henk Jan lachend. ‘Hopelijk zeggen ze volgend jaar: wij willen ook in die finale komen. Het is prachtig om te zien hoe trots ze zijn als ze daar staan!’ Hij ziet het competitie-element als een extra stimulans voor de leerlingen. ‘Je bent toch in het onderwijs om leerlingen klaar te stomen voor de maatschappij.’ De focus op verduurzaming en het nieuwe thema Ruimtevaart in het komende jubileumjaar van Vakkanjers zijn ook belangrijke motivatoren voor het team.

Twee teams van het Coornhert Lyceum behaalde afgelopen editie de finale.

Opdrachtgevers

Naast Vakkanjers werkt het Coornhert ook samen met externe opdrachtgevers om eigen lesprogramma’s te schrijven. Bijvoorbeeld voor Amsterdam Westpoort, waar leerlingen de opdracht krijgen om de technologieopleiding daar te promoten, bijvoorbeeld in een VR game. Henk Jan ziet dat leerlingen zich steeds bewuster worden van hun mogelijkheden in de techniek. ‘Er is ook aandacht voor vanuit de overheid.’ zegt hij. ‘Hoewel veel ouders nog een ouderwets beeld hebben van de technische sector, zien leerlingen nu dat er veel geld te verdienen is en dat het werk divers en uitdagend kan zijn.’

Inkakken

Door het opzetten van nieuwe programma’s en het aangaan van nieuwe uitdagingen blijft Henk Jan gemotiveerd: ‘Als je creatief omgaat met Vakkanjers dan kan je er heel veel einddoelen mee halen. Ik vind het ook leuk dat je daar zelf een beetje mee kunt spelen. Veel docenten vragen: “Wat levert het mij op en hoeveel tijd gaat het me kosten?” Dat snap ik wel, maar een deel van de lol is toch ook dat je kunt vernieuwen. Natuurlijk kost het in het begin even wat extra tijd, maar nu na een aantal jaar helemaal niet meer. Ik was op een punt waarop ik iets nieuws wilde doen en dit kwam op mijn pad. Het heeft voor vernieuwing gezorgd en voorkomt dat ik inkak. Ik wil geen docent zijn die binnenkomt en zucht: waar waren we gebleven?’